Werken in de ict: ‘Van 40 uur alleen maar programmeren word ik niet blij’

Waarom ben je informatica én bedrijfskunde gaan doen?

‘Ik vond het leuk om bezig te zijn met computers, dus ben ik informatica gaan doen en heb ik alle aspecten van ontwikkeling gedaan: na middleware, backend, frontend en full stack ben ik uiteindelijk blijven hangen bij frontend. Ik hou van verandering, en frontend is op een gegeven moment heel snel gegaan in het voorbijstreven van andere technologie. Ik vond het veel leuker om aan het einde van de dag iets visueels te kunnen laten zien, iets waarmee je daadwerkelijk met gebruikers kunt sparren en met klanten kunt overleggen. Maar ik zag mezelf niet veertig uur per week achter een computer zitten en programmeren. Daar word ik niet blij van. Toen ben ik wat verder gaan kijken en bij bedrijfskunde uitgekomen.’

‘De opleiding werd aangeboden in een verkorte versie na een technische studie. Dat sprak mij wel aan. Tijdens mijn informatica-opleiding vond ik het al leuk om bij elk projectje de rol van projectleider op me te nemen en ervoor te zorgen dat procesmatig alles goed werkte, dus dat sloot wel goed bij elkaar aan. Op die manier ben ik doorgegroeid naar de consultancykant. Daar combineer ik de processen aan de bedrijfskundige kant met de expertise in het ict-vakgebied. Denk aan adviestrajecten hoe je een frontend zo moet inrichten dat er met verschillende teams kan worden samengewerkt om tot een goed product te komen.’

Je bent ook trainer en scrummaster. Wat is daar het verhaal achter?

‘Ik werkte voornamelijk met Angular. Ik wist er veel vanaf en ik kwam erachter dat ik het leuk vond om trainingen te geven. Daarnaast ben ik redelijk fanatiek geweest in het opzetten van teams en kwam langs die weg terecht in de scrumwereld. Scrum werkt heel fijn, zolang je het goed doet. Ik vind het leuk om te laten zien wat er écht mee kan.’

Wat vind je belangrijk in je werk?

‘Vrijheid in je werk is voor mij heel belangrijk, dat je zelf kunt indelen waar je naartoe wilt groeien. Bij de meeste bedrijven waar ik heb gewerkt, ben ik weggegaan door verhuizingen. Behalve bij een internationaal consultingbedrijf, daar ben ik bewust vertrokken. Ik werkte voor de Belgische tak van het bedrijf. Je had daar een vast pad dat door het management werd bepaald en dat had je te volgen. Er zat verder geen enkele vrijheid in functiecombinaties en dan kom je al snel weer uit op veertig uur achter een pc zitten.’

‘Toen ik weer naar Nederland ging, ben ik via een aantal recruiters bij verschillende bedrijven langsgegaan om te kijken wat ik leuk vond en wat ik dacht dat bij me zou passen. Bij ilionx-QNH bevielen de open sfeer en cultuur mij erg goed. Het is een groot bedrijf, waar inmiddels achthonderd man werken, maar waar gewerkt wordt in cellen die hun eigen bv zijn, met een eigen management dat zelf beslissingen mag nemen. Je kun er heel direct communiceren en er is veel mogelijk, zolang je de meerwaarde ervan kunt uitleggen.’

Is dit je ideale baan of zou werken voor een techgigant als Google je leuker lijken?

‘Waar ik nu werk, bevalt mij prima. De adviestrajecten die ik nu doe, vind ik heel leuk en training geven ook. Het uitvoerende mag van mij over de tijd heen wel verdwijnen. Als Google me ooit zou vragen, dan zou ik geen nee zeggen. Ik heb op conferenties over Angular, een Google-framework, Google-medewerkers gesproken die altijd onverdeeld enthousiast zijn over waar ze werken. Google wordt ook steeds opener in wat ze doen, dat spreekt mij aan.’

Hoe kunnen recruiters bij jou een goede indruk maken?

‘Door te laten zien dat ze op z’n minst je profiel lezen. Ik krijg vaak berichten met: We hebben dé baan voor je; we zoeken een Java-ontwikkelaar, terwijl ik al jaren geen Java heb aangeraakt. Ik had ooit een recruiter die wel een goede indruk maakte. Hij zei: Ik zie dat je bedrijfskunde en it probeert te combineren, wij zoeken een Business Analist die verstand heeft van deze zaken. Als je wilt opvallen als recruiter, ga je het niet redden met hagelschieten. In deze branche krijgen mensen twintig berichten per week. Met een algemene mail ben je gewoon de eenentwintigste.’